Het luchtfilter is de kern van het airconditioningsysteem. Het filter creëert weerstand tegen de lucht. Naarmate er meer stof in het filter terechtkomt, neemt de filterweerstand toe. Wanneer het filter te veel stof bevat en de weerstand te hoog is, zal het filtervolume afnemen of gedeeltelijk doorboord raken. Wanneer de filterweerstand een bepaalde waarde bereikt, zal het filter daarom worden afgedankt. Om het filter te kunnen gebruiken, is een goede levensduur essentieel. Indien het filter niet beschadigd is, wordt de levensduur over het algemeen bepaald door de weerstand.
De levensduur van het filter hangt af van de voor- en nadelen, zoals: filtermateriaal, filteroppervlak, structureel ontwerp, initiële weerstand, enz. De levensduur hangt ook af van de stofconcentratie in de lucht, het werkelijke luchtvolume en de instelling van de eindweerstand.
Om de juiste levenscyclus te beheersen, moet u inzicht hebben in de veranderingen in de weerstand.Allereerst moet u de volgende definities begrijpen:
1. Nominale initiële weerstand: De initiële weerstand die het filtermonster, de filterkarakteristiekcurve of het filtertestrapport biedt bij een nominaal luchtvolume.
2. Initiële weerstand van het ontwerp: filterweerstand onder het luchtvolume van het ontwerp van het systeem (moet worden opgegeven door de ontwerper van het airconditioningsysteem).
3. De initiële weerstand van de werking: aan het begin van de werking van het systeem, de weerstand van het filter. Indien er geen instrument is om de druk te meten, kan de weerstand onder het ontwerpluchtvolume alleen als initiële weerstand van de werking worden beschouwd (het werkelijke lopende luchtvolume kan niet volledig gelijk zijn aan het ontwerpluchtvolume).
Tijdens de werking moet de weerstand van het filter regelmatig worden gecontroleerd om te controleren of deze de beginweerstand overschrijdt (in elk filtergedeelte moet een weerstandsbewakingsapparaat worden geïnstalleerd). Zo kan worden bepaald wanneer het filter moet worden vervangen.Filtervervangingscyclus, zie onderstaande tabel (alleen ter referentie):
| Efficiëntie | Aanbevolen eindweerstand Pa |
| G3 (Grof) | 100~200 |
| G4 | 150~250 |
| F5~F6(Gemiddeld) | 250~300 |
| F7~F8(HEPA en Medium) | 300~400 |
| F9~H11(Sub-HEPA) | 400~450 |
| HEPA | 400~600 |
Hoe vuiler het filter, hoe sneller de weerstand toeneemt. Een te hoge eindweerstand betekent niet dat de levensduur van het filter wordt verlengd, en een te hoge weerstand zorgt ervoor dat het luchtvolume van de airconditioning sterk afneemt. Een te hoge weerstand is niet aan te raden.
Geplaatst op: 02-01-2013